Afbeelding
verslag
december 2017

Wassalon - week 7 (Borgerhout)

Op 2 oktober startte Tom Clement met 'Wassalon', een nieuw project  waarbij hij telkens een week lang tekent in een wassalon in een Antwerpse wijk.
De eerste week begonnen we in samenwerking met District Antwerpen in een wassalon in de Brederodestraat (lees hier het verslag) met Anissa Boujdaini als dichteres. De tweede week tekende Tom in wasserij Netezon in Wilrijk en kwam Andy Fierens dichten (het gedicht, het filmpje en het verslag vind je hier). De derde week 'verbleef' hij 5 dagen lang in de wijk Luchtbal, Aya Sabi maakte hierover een prachtig gedicht. Week vier vond plaats in wassalon Oase in Merksem. Peter Holvoet-Hanssen maakte niet één maar een hele reeks gedichten. (het verslag lees je hier
November startte Tom in de wijk Sint-Andries, de jonge dichteres Nouha Rannoun maakte hierover een prachtig gedicht. (het verslag lees en bekijk je hier). Week 6 vond plaats in een wassalon in Berchem. Tom nodigde dichteres Delphine Lecomte uit. Foto's, tekeningen, het gedicht en alweer een prachtig filmpje vind hier.

Eind november tekende Tom een hele week in Wassalon Insal op de Gitschotellei in Borgerhout. Voor het afsluitmoment kwam er heel veel volk opdagen. De tekst die Julie Cafmeyer schreef over dit wassalon was prachtig. Het werd een hartverwarmende vrijdagavond!
Hieronder zie je de tekeningen die Tom maakte, herlees je Julie's tekst en tonen we foto's van het afsluitmoment.
... en een filmverslag :

 

Dit wassalon

Ik zit in dit wassalon.

Er komt een man naast me zitten van 37 jaar.
Hij zegt: ‘ik ben Mo, Mo van Mohamed.
Een Mokro van Borgerokko,
zo noemen ze dat tegenwoordig.
Grappig hé?’

Hij vertelt me dat hij de nachtdiensten doet als taxi-chauffeur:
‘De nacht is donker, mevrouw,
ik kan het niet meer bijhouden,
de keren dat ik werd opgebeld door mensen die van het dak willen springen.
Gelukkig heb ik mijn geloof, dat brengt krachtige verhalen met zich mee.
Dan probeer ik hen terug te doen geloven in het leven.
Vraag me niet hoe of wat, ik doe dat gewoon, ik overtuig.
Meestal vragen ze me dan om hen naar huis te brengen in plaats van naar dat dak.’

Hij neemt een hap van een witte eclair.
‘Smaakt het?’
‘Ja, soms een bruintje, vandaag een witteke,
soms een bavarois, soms een pruimentaartje.
Kort samengevat: elke dag een lekkernij.’

Ik zit in dit wassalon.

Een kleine jongen met een zwart meisjeskapsel komt naast me zitten.
Hij zegt: ‘Ik ben een jongen, geen meisje. Raad eens hoe oud ik in december word?’
‘8?’
‘Correct.’
‘Raad eens hoe oud ik ben.’
’62?’
‘Ik ben 30’ zeg ik.

‘Leef je nog als je 90 bent?’ vraagt hij.
‘Misschien’ zeg ik, ‘misschien ook niet.’
‘Wat gebeurt er als we doodgaan?’ vraag ik hem.
‘Een begrafenis’ zegt hij.

Ik zit in dit wassalon.

Een man met een grijze baard komt naast me zitten,
hij ziet eruit als een kunstenaar,
maar hij verkoopt boeken in zijn antiquariaat.

Ik zeg hem dat er mensen zijn die ’s nachts van het dak willen springen,
maar dat we elkaar kunnen overtuigen van het leven.
Alsof we elkaar tekens kunnen geven om te blijven leven.
Soms heb ik dat, dat alles precies een teken wordt.

Hij zegt:
‘Schrap die precies maar, mevrouw.
Het leven is een een teken.
Het leven is magisch.
Elke keer als ik een boek in mijn winkel opensla
-élke keer-
krijg ik een passage te lezen die op dat moment belang heeft voor mij.
En de grap is:
Je moet er niks voor doen.
Gewoon: zitten, vertrouwen en kijken.’

Ik zit nog steeds in het wassalon.

Het jongetje komt weer naast me zitten met een boek op zijn schoot.
Hij vertelt me een verhaal over een slang, een mes, een held en een meisje met een kleine snee in haar arm.

Ik zit nog steeds in het wassalon.

- Julie Cafmeyer